U bent hier
Vraag om uitleg in commissie onderwijs van 9 oktober 2014 : Geplande audit CLB's
Vraag om uitleg van mevrouw Kathleen Helsen tot mevrouw Hilde Crevits, viceminister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van Onderwijs, over de audit van de CLB's
Vraag om uitleg van de heer Koen Daniëls tot mevrouw Hilde Crevits, viceminister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van Onderwijs, over de geplande audit voor de CLB’s
Verslag van de vraag om uitleg:
Mevrouw Kathleen Helsen (CD&V):
Minister, de audit van de CLB’s staat opgenomen in het masterplan. Ook in het regeerakkoord staat dat deze regering ervoor kiest om de audit uit te voeren. In de mededeling aan de Vlaamse Regering tijdens de vorige legislatuur, op 14 maart 2014, wordt eigenlijk zeer gedetailleerd weergegeven op welke manier die audit vorm moet krijgen.
Er wordt heel duidelijk gezegd wat de bedoeling is van de audit en wat er zal gebeuren. Er wordt duidelijk gezegd dat het de bedoeling is om die effectiviteit en efficiëntie van de CLB’s onder de loep te nemen en te bekijken hoe de samenwerking verloopt tussen de CLB’s en de scholen. Ook andere actoren in de leerlingenbegeleiding zullen worden bekeken. Er zal ook een wetenschappelijk review gebeuren zodat er nadien kan worden bekeken op welke manier de leerlingenbegeleiding kan worden hervormd. Het is dus toch wel een heel belangrijke audit, die bepalend zal zijn voor de leerlingenbegeleiding in de toekomst.
Ik heb nog wel heel wat contacten binnen de sector. Momenteel zijn de personeelsleden binnen de CLB’s bezig met die audit. Er leven heel wat vragen over de manier waarop de audit momenteel vorm krijgt. Daarom wil ik daar toch wat vragen over stellen. Het is een heel belangrijke audit, met verschillende componenten. Als wij ons straks in het parlement en u als minister, op die audit zullen baseren om de leerlingenbegeleiding te hervormen, moeten we er natuurlijk ook voor zorgen dat die audit op een goede manier gebeurt.
Minister, in de eerste mededeling van de Vlaamse Regering is de timing van die audits opgenomen. De takenpakketregistratie, die een component is van die audit, loopt. 23 minuten na een bepaald uur moeten de medewerkers noteren wat ze precies aan het doen zijn. Als ik kijk naar de periode waarin die registratie zal verlopen, maak ik mij toch wat zorgen over het beeld dat wij op basis van die component zullen krijgen. De periode die is vastgelegd voor die registratie is het eerste trimester. Iemand die de werking van een CLB kent, weet dat er aan elk trimester andere activiteiten gekoppeld zijn en dat er andere vragen worden gesteld. In het begin van het schooljaar worden er andere vragen gesteld aan een CLB dan op het einde van het schooljaar. In de loop van het schooljaar zijn er ook heel diverse taken die gebonden zijn aan wat er op dat moment binnen scholen gebeurt. Ik vind het dan toch wel bedenkelijk dat die registratie zich beperkt tot het eerste trimester, waardoor we mogelijk een vertekend beeld krijgen van wat er nu precies gebeurt. Ze moeten gewoon noteren wat ze doen, en dat kan heel verschillend zijn.
Minister, is het wijs om die registratie te beperken tot dat eerste trimester? Wat is het risico dat we daarmee lopen wat de resultaten betreft? Dreigen we daarmee geen vertekend beeld te krijgen van wat de CLB’s precies doen?
Een tweede vraag betreft een bekommernis die heel sterk leeft binnen de sector zelf. Er is bepaald op welke dagen er moet worden geregistreerd. Het is niet zo dat er moet worden geregistreerd gedurende een hele week, maar enkel op maandag en woensdag tijdens het eerste trimester.
De mensen van het CLB zeggen dat ze, indien ze enkel op die twee dagen moeten registreren, het resultaat van de registratie eigenlijk al op voorhand kennen. Want op maandag is er bij de meeste CLB’s een teamoverleg. En op woensdag is er maar een halve dag school, zodat ze dus maximaal een halve dag op school kunnen zijn. De personeelsleden van het CLB kaarten nu al aan dat, als het de bedoeling is aan te tonen dat er te veel in team wordt overlegd, je inderdaad een maandag moet kiezen om hun te laten registreren. En als het de bedoeling is aan te tonen dat ze niet al te veel op school komen en op dat vlak hun werking moeten verbeteren, is die keuze voor maandag en woensdag inderdaad de juiste keuze, want dat geeft het beeld dat we niet zo veel op school zijn en veel overleggen in teamverband. Als je echter de hele week in overschouw neemt, zul je tot een ander beeld komen. Die bezorgdheid leeft bij de medewerkers. Zij vragen zich af of het niet op een andere manier kan gebeuren, zodat die audit een veel beter en vollediger beeld geeft van de taken die de CLB’ers opnemen.
Er is ook een serieuze bekommernis over de registratie zelf. Alle medewerkers moeten registreren en ze vinden dat ook goed. Omdat ze niet altijd 23 minuten na een bepaald uur de computer bij de hand hebben, voeren ze de registratie niet altijd onmiddellijk digitaal in. Die digitale invoering gebeurt vaak de dag nadien, maar dan kunnen ze het niet meer. De computer reageert en zegt dat er reeds voldoende werd geregistreerd. Ze hoeven met andere woorden hun huiswerk niet meer in te voeren. De personeelsleden hebben daar de grootste bedenkingen bij. Hoe krijgt men op die manier een volledig beeld? Het gaat om psychologen en pedagogen die getraind zijn in onderzoek. Als ze met dergelijke werkwijze worden geconfronteerd, stellen ze zich daar vragen bij. Ze zijn erg bekommerd over de latere output en hoe wij daarmee zullen omgaan. De audit is nog maar net opgestart, maar moet er toch al niet eventueel worden bijgestuurd? Op die manier beschikken we in de toekomst over goed materiaal om de juiste beslissingen te nemen.
Er zijn ook nog andere componenten aan de audit, zoals de wetenschappelijke review en een bevraging bij andere partners. Strookt de timing met elkaar? Kan alles tijdig worden afgewerkt? Niet alle componenten zijn immers al opgestart. Op welke manier zal de coördinatie van de conclusies gebeuren? Drie verschillende dingen worden in kaart gebracht. Op welke manier zal de eindconclusie tot stand komen? Voor de opvolging en aansturing van de audit is er een stuurgroep samengesteld. Als de resultaten van alle componenten er zijn, moeten er eindconclusies worden getrokken en linken worden gelegd. Zal de stuurgroep dat doen?
De stuurgroep is samengesteld uit verschillende vertegenwoordigers, maar de sector zelf is er niet in vertegenwoordigd. Waarom is deze keuze gemaakt? Ze vinden dat raar, maar ik ga ervan uit dat dit een bewuste keuze is met goede redenen. Het is ook goed dat de sector die kent.
De voorzitter:
De heer Daniëls heeft het woord.
De heer Koen Daniëls (N-VA):
Voorzitter, minister, in het masterplan hervorming secundair onderwijs is onder meer opgenomen dat er een audit wordt uitgevoerd teneinde de gehele werking van de CLB’s qua effectiviteit en efficiëntie door te lichten. De resultaten van deze audit vormen de basis voor een hervorming van de leerlingbegeleiding. In deze audit wordt ook de samenwerking met en enting op het welzijnsaanbod en de preventieve gezondheidszorg voor kinderen en jongeren in kaart gebracht en geëvalueerd naar efficiëntie en effectiviteit. Concreet gaat het hierbij over de preventieve gezinsondersteuning in de Huizen van het Kind, de strijd tegen kinderarmoede, de Integrale Jeugdhulp, het actieplan suïcidepreventie en de organisatie van de preventieve gezondheidszorg op de eerste lijn. Dat was het vertrekpunt waarna de vorige regering aan het werk is gegaan om er een meetinstrument op te zetten.
De audit bestaat uit verschillende onderdelen, waaronder een efficiëntieaudit en een wetenschappelijk onderzoek. Is het wetenschappelijk onderzoek ondertussen gegund? Zo ja, wie zal de wetenschappelijke review uitvoeren? Hoe worden de bevindingen van PricewaterhouseCoopers meegenomen in de wetenschappelijke review? Het instrument van de tijdmeting is niet zomaar uit de lucht komen vallen. Als ik me goed herinner, is het getest in één CLB en wordt het het Tempera onderzoek genoemd. Hoe zal de samenwerking tussen PricewaterhouseCoopers en de onderzoeksgroep verlopen? Ze stellen beiden aparte vragen. Zijn er al tussentijdse resultaten bekend van de performance review van PricewaterhouseCoopers?
De voorzitter:
Mevrouw Segers heeft het woord.
Mevrouw Katia Segers (sp·a):
Voorzitter, we zijn geenszins tegen de doelstelling van de audit zoals die wordt uitgevoerd door PricewaterhouseCoopers. Die audit bevat echter pijnpunten die we niet onder de mat mogen vegen. De CLB-sector heeft daarover al meermaals zijn bezorgdheid geuit. De pijnpunten zijn het resultaat van het feit dat de uitvoerders geen voeling hebben met en geen expertise in de specificiteit van de sector. De CLB-sector is ook nauwelijks betrokken bij de inhoudelijke en praktische uitvoering. Dat is onbegrijpelijk. De sector zit niet in de stuurgroep, maar enkel in de klankbordgroep. Volgens de sector houdt de stuurgroep minimaal rekening met de opmerkingen vanuit de klankbordgroep.
Aangezien de sector niet vertegenwoordigd is of weinig betrokken wordt, zijn er ernstige vragen bij de methodologische correctheid. De periode van de takenpakketregistratie – namelijk september-oktober, een periode waarin er nauwelijks vragen worden gesteld over studiekeuze en over attesten buitengewoon onderwijs – is niet representatief. Een ander voorbeeld gaat over de onlinevragenlijst. Als een medewerker wil registreren dat hij gedurende de 23ste minuut een gesprek voert, dan kan hij maar één actor aanduiden, bijvoorbeeld leerling, ouder of school maar niet allemaal. Dat zijn kleine dingen die het onmogelijk maken om correct te meten. De sector is erg ongerust omdat ze meermaals een gebrek aan voeling hebben vastgesteld. Oorspronkelijk wou men de planning uitvoeren tussen de kerst- en paasvakantie. Kunt u dat geloven?
Ook de opvraging van de financiële middelen geeft opnieuw blijk van gebrek aan kennis van de sector. Kunt u een initiatief nemen om ervoor te zorgen dat dit onderzoek dat zeker waardevol is, geen slag in het water wordt maar dat er correct methodologisch wordt gewerkt in overleg met de sector? Op die manier zal de uitkomst ook worden gedragen door de sector.
De voorzitter:
Minister Crevits heeft het woord.
Minister Hilde Crevits:
Voorzitter, dames en heren, een eerste overleg heeft al plaatsgevonden op mijn kabinet op 22 september 2014. Hierop waren de leden van de stuur- en klankbordgroep uitgenodigd. Ook het kabinet van minister Vandeurzen, de onderwijsadministratie en de uitvoerders van de performance audit, PricewaterhouseCoopers , waren aanwezig. Het is een belangrijke audit en er bestaat heel wat commotie over, en bepaalde dingen zijn ook terecht. Het zou jammer zijn om de audit te laten doorgaan en dan achteraf te zeggen dat het niet goed was en dat het opnieuw moet gebeuren. Dat zou pijnlijk zijn. Ik wil in nauw overleg met de sector bewaken dat deze audit een correct, waarheidsgetrouw beeld geeft van de werking van de CLB’s.
De audit die uitgevoerd wordt door PricewaterhouseCoopers wordt dus opgevolgd door een stuur- en klankbordgroep. Op advies van de klankbordgroep besliste de stuurgroep in haar vergadering van 26 juni 2014 om aan de nieuwe Vlaamse Regering te vragen om de looptijd van de performance audit te verlengen.
Het is misschien een detail, maar de opstart van de audit is ook van voor mijn tijd. Ik wil me er niet achter verstoppen, maar ik word ook geconfronteerd met de audit zoals hij is. Er is kritiek op samenstelling enzovoort. Ik heb daar zelf niet over beslist, maar ik moet nu wel proberen goed te begeleiden.
Men heeft dus al gevraagd om de looptijd van die performance audit te verlengen om toe te laten dat er in de loop van de maanden april/mei 2015 nog een meetmoment van de takenpakketregistratie kan plaatsvinden. De CLB-sector voert immers aan dat deze periode een heel specifieke periode is in hun werkingsjaar en dat, indien men een goed beeld wil krijgen van de taken die doorheen het jaar door de verschillende CLB-medewerkers worden uitgevoerd, het van belang is deze periode ook in rekening te brengen. Als men de periode neemt waarin er het minste te doen is, dan heeft men geen waarheidsgetrouw beeld.
Door deze periode ook mee te nemen zou de datum van oplevering van eind februari 2015 naar eind juni 2015 verschoven worden. Dit komt nog maar gedeeltelijk tegemoet aan de vraag van de sector om een juist beeld van hun werking te schetsen. Er is nog een bijkomend probleem, namelijk de 23ste minuut. Het CLB registreert zelf zijn activiteiten in een elektronisch leerlingendossier (LARS). Ik wil deze bron van gegevens wetenschappelijk laten analyseren om een goed beeld te krijgen van de werking gedurende een volledig schooljaar. Aangezien het concept van de audit overlegd werd in de Vlaamse Regering zal ik ook de bijstellingen voorleggen aan de Vlaamse Regering. Als er al zo’n opvolgsysteem is, is het vreemd dat het niet wordt gebruikt om na te gaan of er activiteiten zijn.
Het instrument voor de takenpakketregistratie en de manier waarop er geregistreerd moet worden, zijn ontwikkeld in een onderzoek dat Tempera in 2011 uitvoerde in opdracht van het Departement Onderwijs en Vorming. Dit instrument is uitgetest in een test-CLB. De keuze van Tempera voor de eerste en derde werkdag laat toe om eventuele variëteit in de werkorganisatie van deeltijds werkenden voldoende in beeld te brengen en werd onderbouwd in hun eindrapport. De eerste en derde werkdag is voor deeltijds werkenden niet automatisch maandag en woensdag. Met PwC werd afgesproken dat er, op basis van een analyse van de respons uit de eerste twee registratieperiodes en op basis van bijkomende informatie die wordt opgevraagd bij de CLB’s, nagegaan zal worden of er op dit vlak aanpassingen moeten gebeuren voor de volgende drie registratieperiodes. Dit zal gebeuren in nauw overleg met de klankbordgroep.
De wetenschappelijke review zal uiterlijk begin volgend jaar starten. Als de looptijd van de performance audit verlengd wordt, zoals ik daarstraks reeds heb toegelicht, dan zal uiteraard ook de looptijd van de wetenschappelijke review verlengd moeten worden. Het ene sluit aan op het andere. De looptijd zou kunnen worden verlengd tot 30 september. Zeker als die maanden de kwaliteit van de audit toen nemen en ervoor zorgen dat de resultaten niet gecontesteerd worden, vind ik het goed dat er een paar maanden zouden bijkomen.
Alle elementen uit alle bronnen die in de wetenschappelijke review bestudeerd zullen worden, zullen als input dienen voor de formulering van conclusies en beleidsaanbevelingen door de onderzoekers. De mededeling aan de Vlaamse Regering van 14 maart 2014 vermeldt dat er, op basis van de resultaten van de performance audit en de wetenschappelijke review, door de Vlaamse Regering onderbouwde beslissingen kunnen worden genomen over een hervorming van de leerlingenbegeleiding in Vlaanderen, waarin duidelijk is wie wat doet, welke randvoorwaarden vervuld moeten zijn en welke ingrepen nodig zijn om tot een effectieve en efficiënte leerlingenbegeleiding in Vlaanderen te komen. Dit staat ook zo in het regeerakkoord van deze Vlaamse Regering: we wachten de resultaten van de lopende audit af om te weten hoe we moeten bijsturen. Cruciaal is natuurlijk dat de audit een betrouwbare en geloofwaardige basis is om conclusies te trekken.
De stuurgroep kijkt erop toe dat de volledige audit – performance audit en wetenschappelijke review – kwaliteitsvol uitgevoerd wordt en adviseert mij over de vrijgave van het onderzoek. De onderzoekers van de wetenschappelijke review zullen ook toegevoegd worden aan de stuurgroep. In de wetenschappelijke review worden de resultaten van de performance audit in een ruimer verband geplaatst en op systematische wijze in verband gebracht met inzichten uit ander Vlaams en internationaal onderzoek. Daarna is het aan de Vlaamse Regering om op basis van deze conclusies en beleidsaanbevelingen beslissingen te nemen en om te zetten in acties op het terrein.
Het wetenschappelijk onderzoek is nog niet gegund want de procedure is nog niet afgerond.
Het is niet de bedoeling om tussentijds resultaten bekend te maken, aangezien de performance audit bestaat uit vier onderdelen die onderling met elkaar in verband staan. De resultaten van het ene deel kunnen niet los gezien worden van de resultaten van de andere delen en moeten dan ook in zijn geheel bekeken en geanalyseerd worden. Gelieve mij dus geen tussentijdse vragen meer te stellen.
De samenstelling van stuurgroep en klankbordgroep ligt vast in de mededeling aan de Vlaamse Regering van 12 maart 2014. Omdat het hier net over een audit van de CLB’s gaat, is het deontologisch zeer moeilijk om de CLB-sector zelf op te nemen in de stuurgroep. In principe komt deze stuurgroep ook maar enkele keren samen. De sector is echter wel betrokken in de klankbordgroep en dit in functie van informatiedoorstroming enzovoort. Ik ben het eens met de samenstelling van de stuurgroep, want anders ben je een zelfaudit aan het doen. Theoretisch versta ik het, maar ik wil wel dat de audit een geloofwaardig beeld schetst van de activiteit en van wat er gebeurt. Er wordt nu aan de alarmbel getrokken omdat men zich zorgen maakt dat de manier waarop het opgebouwd wordt, te weinig rekening houdt met de dagdagelijkse realiteit. Er is al overleg geweest met de sector en er komt nog overleg. Voor mij is het heel belangrijk dat het geloofwaardig is want anders worden er middelen verspild.
De audit gaat dus zeker door, al zal het een paar maanden langer duren. Ik moet nog wel de goedkeuring krijgen van mijn collega’s in de regering. Ik vind wel dat er argumenten zijn om het een paar maanden op te schuiven omdat dan de drukste periode wordt onderzocht. We zullen dan ook de wetenschappelijke feedback een paar maanden opschuiven.
Alle opmerkingen waren mij bekend. Ik hoop dat ik u ervan heb overtuigd dat we er met alle mogelijke zorgen mee zullen omgaan zonder aan snelheid in te boeten.
De voorzitter:
Mevrouw Helsen heeft het woord.
Mevrouw Kathleen Helsen (CD&V):
Minister, ik denk dat uw antwoord geruststellend zal zijn voor de sector, die nu toch wel ongerust is. Ze zijn ook bezorgd dat de manier waarop het nu loopt, niet voor correcte resultaten zal zorgen en dat wij ons daarop dan zouden baseren om een hervorming van de leerlingenbegeleiding door te voeren.
Er zijn toch dingen gebeurd die spijtig zijn. Er is een proef geweest in het CLB en vanuit die proef zijn er toen wel heel wat opmerkingen gemaakt op het onderzoek. De mensen uit de sector hebben vastgesteld dat er geen rekening mee gehouden is, wat bijzonder jammer is.
Het is belangrijk dat u bereid bent een bijsturing te doen: meer tijd nemen, nagaan hoe u de kwaliteit kunt verhogen zodat we resultaten krijgen waar we mee aan de slag kunnen. Ik begrijp dat het deontologisch moeilijk ligt om de sector op te nemen in de stuurgroep, maar vanuit hun ongerustheid zijn ze net vragende partij om in die stuurgroep te zitten zodat ze gehoord worden. Ik hoop dus dat men wel rekening houdt met wat de sector zelf aanlevert in de klankbordgroep en dat het een vertaling krijgt in de stuurgroep, die toch wel belangrijk is voor de aansturing van de verdere audit.
Indien de bijsturing op een goede manier gebeurt, rekening houdend met de sector, zullen wij vanuit de sector niet langer de vraag krijgen om tussentijdse vragen te stellen. De verwachtingen over u liggen heel hoog. Wij hopen dat het resultaat van de audit van dien aard is dat we ons daarop kunnen baseren voor de verdere conclusies die wij moeten trekken.
De voorzitter:
De heer Daniëls heeft het woord.
De heer Koen Daniëls (N-VA):
Ik zou gemakshalve ook kunnen zeggen dat dit van voor mijn tijd is, maar dat is niet helemaal waar, gezien mijn vorige functie.
Mevrouw Segers, u geeft hier heel veel kritiek op het instrument. Ik ben verbaasd, want met diezelfde gedrevenheid heeft uw minister dit tijdens de vorige regeerperiode verdedigd. Wij hebben toen zelf een aantal gelijkaardige kritieken geuit.
Minister, wat PwC doet, is meer dan enkel de taken registeren. In de mededeling staat duidelijk dat PwC ook een bevraging over de tevredenheid van de gebruikers van het CLB doet en een topdownprocesonderzoek voert. Ik wil er dan ook op wijzen dat het belangrijk is om daar een goed zicht op te krijgen. We krijgen regelmatig heel wat vragen van scholen, ouders en vanuit Welzijn over de werking. De Vlaming zit niet zo in elkaar dat hij mailt wanneer iets goed werkt maar wel wanneer iets niet of onvoldoende werkt.
Er is een heel bewuste keuze gemaakt om een klankbordgroep en een stuurgroep te hebben om, zoals de minister en mevrouw Segers terecht opmerken, een zekere objectiviteit te hebben in dit verhaal. We hebben in het verleden de evaluatie gehad van de pedagogische begeleiding en die liep niet altijd van een leiden dakje. Het duurde ook maanden langer dan voorzien omdat er conflicten waren tussen diegenen die geaudit werden en diegenen die in de stuurgroep zaten. Het was niet eenvoudig om een aantal conclusies op papier te krijgen in een voor iedereen leesbare vorm en met de nodige nuance. Voor beleidsaanbevelingen is het heel belangrijk te weten wat er niet goed loopt.
LARS is een heel goed instrument, waar we interessante zaken uit kunnen halen. Maar dan moeten we er wel voor zorgen dat we kunnen terugkijken in LARS. In onderzoek is het belangrijk dat de onderzochten niet weten dat ze worden onderzocht. In LARS kunnen we terugkijken naar de zaken die zijn gebeurd. We zullen dat moeten koppelen aan de tijdsbesteding die de verschillende mensen die in het CLB werken, moeten meenemen. U hebt het over woensdagnamiddag, dat is een lastige namiddag. Dat is de namiddag waarop ouders en kinderen terecht zouden kunnen bij het CLB. Het is ook het moment dat leerkrachten kunnen bellen naar het CLB. We moeten zo ruim mogelijk kijken om een zo ruim mogelijk beeld te krijgen. We moeten ook zo goed mogelijk weten waar het schoentje knelt zodat de afspraken die in het regeerakkoord zijn gemaakt over de hervorming van het secundair onderwijs en het CLB, zo goed mogelijk kunnen worden uitgevoerd. We moeten een hervorming en bijsturing kunnen doorvoeren met zo juist mogelijke informatie.
De voorzitter:
Mevrouw Segers heeft het woord.
Mevrouw Katia Segers (sp·a):
Ik ben wel helemaal nieuw in dit parlement. Ik heb er totaal geen probleem mee om de beslissing van een minister van mijn partij uit de vorige legislatuur te verdedigen, in die zin dat de gunning van de opdracht perfect is verlopen.
Mevrouw Helsen, u zei net dat de CLB’s in de stuurgroep zouden moeten zitten. Ik deel daar de visie van de minister. Het zou echt niet gezond zijn om zichzelf te beoordelen. Ik denk dat de structuur correct is opgezet. Alleen moeten wij erop toezien dat de uitvoering van dit onderzoek verloopt zoals wij het hebben vooropgesteld. De zorg die ik heb, is dat de verzuchtingen van die klankbordgroep doorstromen naar de stuurgroep. Dat moet zeker gebeuren zodat de resultaten gedragen worden door de sector.
De voorzitter:
Minister Crevits heeft het woord.
Minister Hilde Crevits:
Ik wil even ingaan op die laatste opmerking. Het feit dat we daar vandaag over communiceren en dat het kabinet daarover heeft samengezeten, bewijst dat de opmerkingen van het veld wel degelijk terechtkomen. Men kan de resultaten van de audit contesteren maar het proces mag niet worden gecontesteerd.
Ik zat ook in de vorige regering. De manier van werken is ook goedgekeurd door de regering. Wanneer er problemen zijn, dan moeten we die los van partijen kunnen bijsturen. Ik heb het mee goedgekeurd als minister maar niet vanuit die bevoegdheid. Wanneer we echter voelen dat er een aantal bijsturingen moeten gebeuren, ben ik niet te beroerd om terug te gaan naar de regering en die bijsturingen op de agenda te plaatsen. Het zou pas onverantwoord zijn als ik dat niet zou doen.
Als er vanuit het veld kritiek blijft komen, heb ik er geen probleem mee dat er vragen worden gesteld. Als ik vraag om geen vragen meer te stellen, dan heb ik het over de vier deelrapporten. Ik vind dat de experten die bezig zijn met onderzoeken, eerst de kans moeten krijgen om die voor te stellen vooral ze worden vrijgegeven. Ik heb de voorbije weken resultaten van rapporten in de kranten gezien waarbij de onderzoekers niet de kans hebben gehad om ze aan mij voor te stellen. Ik vind dat een eigenaardige manier van werken.
De voorzitter:
De vragen om uitleg zijn afgehandeld.
BRON: vlaamsparlement.be, 9 oktober 2014, https://www.vlaamsparlement.be/commissies/commissievergaderingen/926625/...